zaterdag 28 maart 2009

Schaterlach


“Terwijl de cynicus melancholiek-verachtelijk glimlacht, vanuit de hoogte van de macht en haar desillusies, is het kenmerkend voor de kynicus om zo luid en ongegeneerd te lachen dat keurige mensen het hoofd schudden. Hun lachen komt uit hun buik, het heeft een animale grondslag en is ongeremd. Wie beweert realist te zijn, zou eigenlijk zo moeten kunnen lachen – die totale, bevrijdende schaterlach die schoon schip maakt met illusies en poses. Zo moeten we ons het lachen van de grote satiricus Diogenes voorstellen. Ook het gezicht van sommige lachende Boeddha’s heeft iets van die animale en zowel extatische als realistische buiklach die zichzelf zo volkomen vergeet dat er geen ik meer is dat lacht, maar alleen een vrolijkheidsenergie die tot leven komt. Wie te beschaafd en vreesachtig is in zijn gevoelens, krijgt gemakkelijk de indruk dat een dergelijk lachen iets demonisch heeft, iets duivels, onserieus, destructiefs. Men moet hier heel nauwkeurig luisteren. De duivelse lach bevat de energie van het destructieve, de scherven rinkelen en de muren storten in, het is een boosaardige schaterbui over de puinhopen. Het positieve, extatische lachen daarentegen vertoont de energie van een ja-zeggen buiten zichzelf, het klinkt ondanks alle woeste geluiden contemplatief, er wordt iets gevierd. Het is ook geen toeval dat men vaker vrouwen zo hoort lachen dan mannen, en eerder dronken mensen dan nuchtere. De duivelse energie lacht de anderen dood. In het lachen van Diogenes en Boeddha lacht het eigen ik, dat alles zo serieus had genomen zich kapot. Daarvoor is natuurlijk een grote bek nodig, die zich ongeremd wijd laat openen, niet voor grootse uitspraken, maar voor een krachtige uiting van leven. Daarin zit eerder verbazing dan gewichtigdoenerij. De grote bek die de filosoof interesseert is niet actief, maar passief, het aaah-zeggen bij vuurwerk of een bergketen of een gedachte waarbij een aha! door ons heen flitst. Bij belangrijke ontdekkingen zou men een kreet willen slaken, en wat is het loslaten van verkeerde complicaties anders dan een grote ontdekking?”

[Peter Sloterdijk, Kritik der zynischen Vernunft]

Geen opmerkingen: